7 mrt 2008

"Mark Penn is de Karl Rove van de Billarygang"

Mark Penn is de pollster, iemand die de stemming en meningen van doelgroepen of de publieke opinie meet en interpreteert, een soort Maurice de Hond, zoals je het in Nederlandse termen kunt begrijpen. In eigen ogen is hij echter de campagneleider van Hillary Clinton. Onlangs werd een campagnemedewerker ontslagen omdat deze in een publicatie Penn de pollster van de campagne noemde. Tja, dan lig je eruit. Buiten de Billerygang noemt iedereen Penn gewoon een pollster. Dat blijft zo. Mark Penn is tegelijk ook de CEO van de multinationale public relations firma Burson-Marsteller. Dat leidt natuurlijk tot rare belangenverstrengeling, maar dat is in het Clintonkamp niet ongewoon.
quote uit Wikipedia:
Appearing on Hardball with Chris Matthews with the head of the John Edwards and Obama campaigns, Penn stated that the campaign was not making an issue of the drug use, but used the word cocaine (which Obama admitted taking in his memoir "Dreams from My Father"[7]), causing Edwards spokesman Joe Trippi to jump on him and accuse him and the rest of the Clinton campaign of trying to distort the picture.[8] Edwards had formerly compared Penn to Karl Rove,[9] and the day after Penn's comments, Jennifer Donahue of the New Hampshire Institute of Politics appeared on Hardball where she too drew the parallel in reference to voter perception of the general tone of the campaign. After Obama's victory in Iowa and Clinton's subsequent fall in national polls, it was reported on msnbc.com that Clinton was considering firing Penn.[10] However, that appears to have been false speculation, as Penn continues to be play an important role in Senator Clinton's campaign as of late February 2008.

Dan heb je al een questie, nietwaar?
Kijk, in het schandaal Travelgate tijdens de Clintonjaren in het Witte Huis, een schandaal dat geheel op het conto van Hillary gezet mag worden en waaruit weer andere onderzoeken voortkwamen, bracht de FBI op een gegeven moment ook breed en heftig drugsgebruik in het Witte Huis aan het licht. Daar hoorde Penn toen ook bij en nu zegt hij in het openbaar van het drugsgebruik van Obama als jongeling geen punt te willen maken, om er aldus nog een punt van te maken. De "islamitische zwarte junk 'cokehead' B. Husein Obama", zoals Barack sindsdien veelvuldig in blogs van Hillaryfans en Republikeinen wordt genoemd. Maar het onderwerp drugs leidt regelrecht naar het eerste grote schandaal voor de Clintons in het Witte Huis. Hillary had een vriend in de jaren '60, die flink aan de LSD was en Bill rookte als jongeling marihuana "maar inhaleerde niet". Republikeinen denken verlekkerd terug aan die heerlijke Clintonjaren met die zalige grote schandalen. Wel jammer dat het toen economisch zo goed ging, dat wel, maar daar kan Hillary zich nu niet op beroepen.
Sinds de jaren 30 van de negentiende eeuw, de tijd van president Andrew Jackson, was er het White House Travel Office, het officiële reisbureau van de presidenten en hun regeringsfunctionarissen en de hen begeleidende pers. Billy Ray Dale, begonnen in 1961 was er directeur sinds 1962. Dale werkte samen met Airline of America, zodat hij altijd een charter voor spoedvluchten bij de hand had.
Harry Thomassen en Darnelle Martens waren goede vrienden van de Clintons die een andere chartermaatschappij TRM hadden, welke nog wel wat flink winstgevende contracten kon gebruiken en verder was er nog uit Little Rock, Arkansas, de World Wide Travel Company, een reisbureau en eveneens nauw verbonden met de Clintons. Op voorstel van een achternicht van Bill Clinton werd de gehele staf van het White House Travel Office ontslagen en beschuldigd van mismanegement. De vrienden van de Clintons namen hun plaats in.
Wikipedia: onderzoeken
Oud-directeur Billy Ray Dale werd beschuldigd, berecht en binnen twee uur vrijgesproken door de jury, maar hij en zijn staf waren onherstelbaar aangetast in hun reputatie.
As Chief of Staff McLarty personally apologized to the fired Travel Office employees — some of whom had all their personal documents and travel photographs related to years of service thrown out during the firing process — and said they would be given other jobs (which five of them were; Dale and his assistant director retired). The White House report also contained the initial indications of First Lady Hillary Rodham Clinton's involvement in the firings, saying that she had taken an interest in Travel Office mismanagement and had been informed two days in advance that the firings would take place. There was no indication of involvement from President Clinton himself, although he had earlier taken broad public responsibility for what had happened.

Op dit punt maken we kennis met de ervaring van Hillary Clinton en haar gebrek in het onjuist beoordelen van zaken, waarbij de fouten en passant haar of haar vrienden goed uitkomen.
Hillary gaf onder ede een verklaring af, waarin ze ontkende enige bemoeienis met het ontslaan van Dale en zijn staf gehad te hebben
with Watkins saying she had urged "that action be taken to get 'our people' into the travel office." The First Lady, who had given a written statement to the inquiry, said she did "not recall this conversation with the same level of detail as Mr. Watkins

Dit zou haar zuur opbreken.
Begin januari 1996 dook er een memo op van deze David Watkins, directeur van de White House administratie die de First Lady aanwees als de drijvende kracht achter de ontslagen van Billy Ray Dale c.s. en de betrokkenheid van Vince Foster en Harry Thomason. Dit memo weersprak de door Hillary onder ede afgelegde verklaring.

Intussen hadden we ook al de
Hillary Rodham cattle futures controversy gehad.
Ze investeerde als advocaat en goeverneursvrouw van Arkansas in 1978 duizend dollar en tien maanden later ontving ze honderd duizend dollar ervoor terug. Dit was het vinden van de schat onder het uiteinde van de regenboog en zo'n sprookjeswinst wekt een hoop wantrouwen en de verdenking van belangenverstrengeling. Hillary schreef dat ze zichzelf wegwijs had gemaakt op het gebied van deze handel, maar toen de zaak in 1994 boven water kwam, had Hillary ineens een ander verhaal. Ze gad haar eerste grote persconferentie onder een portret van Abraham Lincoln in de State Dining Room van het Witte Huis, het werd op de buis gebracht door CBS, NBC, ABC en CNN. "I didn't think it was that big a risk. Blair and the people he was talking with, knew what they were doing." Dat was de kern van haar verhaal. Niks eigen beoordeling of inschatting. Ze deed gewon wat haar door Blair, een collega-advocaat, werd aangeraden.
Time called her "open, candid, but above all unflappable ... the real message was her attitude and her poise. The confiding tone and relaxed body language ... immediately drew approving reviews.
In gewoon Nederlands noem je dat: met een stalen gezicht liegen alsof het gedrukt staat.
Marshall Magazine, a publication of the Marshall School of Business, sought to frame the trading, the nature of the results, and possible explanations for them:
1.)These results are quite remarkable. Two-thirds of her trades showed a profit by the end of the day she made them and 80 percent were ultimately profitable. Many of her trades took place at or near the best prices of the day.
2.)Only four explanations can account for these remarkable results. Blair may have been an exceptionally good trader. Hillary Clinton may have been exceptionally lucky. Blair may have been front-running other orders. Or Blair may have arranged to have a broker fraudulently assign trades to benefit Clinton's account.
The last possibility refers to situations were a broker sets up a long straddle, then assigns the winning position to a favored client and either assumes the losing position himself or assigns it to unknowing clients of the same firm.

Na 15 jaar zal er juridisch geen bloed meer uit vloeien, als de zaak nog eens goed onderzocht wordt, maar daar gaat het niet om. Waar het wél om gaat, is dat de GOP met Hillary Rodham Clinton nog heel wat appeltjes te schillen heeft en over talloze aanknopingspunten beschikt om haar verdacht te maken, vooral omdat de Clintons zelf een juridisch gevecht voeren, om hun White House Records zo lang mogelijk geheim te houden, evenals hun financiële verantwoording veel te lang uitblijft en er zo geen volledig zicht is op de financiering van de Billary-campagne, waar Mark Penn als een spin in het financiële net zit.
Penn zelf wordt vooral aangesproken op de grote cliënten van zijn imagobedrijf Burson-Marsteller in de hele wereld.

Nigeria. Er waren raporten o.a. van Amnesty International over voortdurende instabiliteit en genocide. Burson-Marsteller werd ingehuurd om deze rapporten in discrediet te brengen. De relatie met Nigeria bleef duurzaam gedurende de oorlog in Biafra en met de Nigeriaanse militaire junta.

Indonesië. Na de invasie van Oost-Timor werd eenderde van de bevolking vermoord en de Indonesische regering werd eveneens beschuldigd van genocidale politiek in Irian Jaya, naast vele andere schendingen van de mensenrechten. Indonesië huurde het bedrijf van Mark Penn in, om het imago van Indonesië op te poetsen, maar Penn kon niet de moord op 200.000 Timorezen goedpraten. Daarom werd de genocide in Oost-Timor door het bedrijf van Penn domweg ontkend.

Argentinië. Mark Penn zette zijn bedrijf in voor de Argentijnse militaire junta, geleid door generaal Jorge Videla. B-M moest weer het imago van de junta in de wereld oppoetsen. Er verdwenen 35.000 mensen en een werknemer van Penn verkklaarde: "We regard ourselves as working in the business sector for clear-cut business and economic objectives. So we had nothing to do with a lot of the things that one reads in the paper about Argentina as regards human rights and other activities."

Saoedi Arabië. Dit was ook één van de vele regiems, die van het bedrijf van Penn gebruik maakten, om ernstige schendingen van de mensenrechten te verhullen. Zo had je ook de Roemeense dictator Nicolae Ceaucescu en de regeringen van Sri Lanka en Singapore.

Blackwater. Deze Amerikaanse firma gespecialiseerd in grootschalige particuliere veiligheidsdiensten met een staand leger van militair getrainde manschappen met volledige moderne bewapening huurde het bedrijf van Penn ook in, "reacting to claims that they killed several Iraqi civilians without cause." Hillary is ertegen om Blackwater niet meer in Irak in te zetten, terwijl de Democraten in meerderheid Blackwater zo gauw mogelijk zien vertrekken, daar ze die particuliere Rambo's buiten de US niet onder controle hebben.

Kortom, Mark Penn is onmisbaar voor Hillary Rodham Clinton, hoewel hij niet goed functioneert in haar campagne en Penn wil niet van haar af. De Republikeinse Partij zal dat dolgraag beamen.

Als het om schandalen gaat, grossiert Hillary daarin, andersoortige dan die van Bill met Paula Jones en Monica Lewinsky, maar zij heeft ook de ervaring dat het allemaal met een sisser afloopt, hoewel de schade vaak aanzienlijk is. Kiezers laten zich snel beïnvloeden, maar ze vergeten dan ook weer snel. Het moment dat ze hun stem uitbrengen, telt echter zwaarder dan de reputatieschade op langere termijn. Het is voor de tegenstanders dus een kwestie van timing om een schandaal te laten ontstaan.

En dat heeft Hillary ook nog twee broertjes
Hugh Edwin Rodham
Tony Rodham
Niet bepaald brave knulletjes van onbesproken gedrag.

Geen opmerkingen: