5 mei 2010

Is Strengheid een Griekse Mythe?



Als de Griekse premier George Papandreou spreekt over het 145 miljard kostende reddingsplan, dat afgelopen zondag werd aangenomen, beschrijft hij de chaotische financiële toestand van zijn land in een taal die zelfs voor de knorrige Duitse belastingbetalers hout snijdt.
Het Griekse probleem, zegt Papandreou, was dat het een financiële cultuur ontwikkelde, waarin alomtegenwoordige corruptie en belastingontduiking werden getolereerd. Haar leiders deden beloften die ze niet konden nakomen en ze breidden de publieke sector zover uit dat niemand meer zeker wist hoeveel mensen er bij de overheid in dienst waren.
Het is nu tijd het eurowoord te spreken met het strengste bezuinigingsprogramma, op papier althans, dat ooit is voorgesteld in een ontwikkeld land. Het pakket zal in drie jaar de lonen en pensioenen van ambtenaren aanpakken en het Griekse budgettekort terugbrengen van 13.6% tot minder dan 3%. Voor elke vijf ambtenaren die een dienst verlaten wordt er niet meer dan één teruggenomen.
“Dit wordt een heel ander Griekenland,“ zei Papandreou zondag in een interview. “De basis waarop wij inzetten, is opruimen van ongeregeldheden als omkoperij en belastingontduiking.” Hij noemde dat de oude cultuur. “Er was een idee dat lieden met macht en positie maar konden doen wat ze wilden en de Grieken vroegen zich af, “waarom zouden wij belasting betalen als anderen dat ook niet doen?”
Dat financiële niemandsland was het Griekenland van de vroeger en volgens Papandreou is die tijd sinds afgelopen zondag voorbij. Hij kreeg het voor mekaar de Europese Ministers van Financiën en het IMF daarvan te overtuigen en over te halen het reddingspakket uit te breiden in ruil voor de Griekse concessies. We zullen deze week wel zien of de financiële markten geloven dat Papandreou kan leveren wat hij belooft.
“Strengheid” en “Griekenland” gaan wat moeilijk samen in één zin. Dat is de belangrijkste reden voor scepsis met betrekking tot de strengheid van het pakket maatregelen. Het druist in tegen de losse en onstuimige nationale geest die van Griekenland zo’n aantrekkelijke plaats maken om te bezoeken en tegelijk zo’n nachtmerrie voor de schatkistbewaarders der meer sober gestemde noordelijke Euro-landen. Maar het zijn precies die culturele trekjes die Papandreou wil aanpakken.
Ja, daar moet het vandaan komen, maar gaat dat lukken?
De dagenlang slepende onderhandelingen met de Europese ministers zijn nu achter de rug en de boze Griekse demonstranten die dit weekend op straat waren, in een protest tegen wat een vakbondsman barbaarse bezuinigingen noemde, zijn naar huis.
De premier deed zijn best om aan de zaak nog een positieve draai te geven. Zijn argument was dat de ondergang van de oude corrupte cultuur Griekenland nieuwe en betere mogelijkheden biedt voor investeerders om te bouwen op een meer stabiel economisch fundament. Hij zei ook een publieksonderzoek te plannen, om de ware omvang van het overheidsapparaat vast te stellen – ja zo erg is het echt – en om het willekeurige administratiesysteem te vervangen, waardoor velen recordbedragen moeten betalen, terwijl anderen bij het handje gehouden worden.
Volgens Papandreou trekt alleen de corruptie al zo’n 20 miljard uit het budget terwijl anderen de schade inschatten op 30 miljard. Omkoping beslaat wel 8 tot 12 procent van het Griekse BNP, zegt Papandreou.
Maar wat komt er verder nog op ons af in Europa? De financiën van Spanje en Portugal staan ook op de tocht en niemand zal er erg van opkijken als blijkt dat de Italianen ons net als de Grieken ook bij de neus genomen hebben. De beurzen tonen weinig vertrouwen, maar wat toch geen toeval kan zijn is de omstandigheid dat juist regeringen met een conservatieve signatuur – kleine regeringsinvloed, deregulering en terughoudende belastingsystemen – geheel tegen die beginselen in er zo’n puinhoop van gemaakt hebben, die nu door meer progressieve regeringen met impopulaire maatregelen moet worden opgeruimd. Dan kan het haast niet anders, dan dat er, na het orde op zaken stellen, opnieuw weer een conservatieve regering van onverantwoordelijke brokkenmakers en fraudeurs wordt gekozen.
Die moeten dan dus goed op de vingers gekeken worden.